Archief voor Herman Melville

Ahab – The Call Of The Wretched Sea

Posted in Ahab with tags , , on 31 augustus 2011 by martijnvh

Ahab – The Call Of The Wretched Sea (Napalm Records, 2006)

Nautik Funeral Doom. Dat staat gelukkig met grote letters in de rand van het hoesje vermeld, anders had ik zelf creatief met genres moeten gaan doen. Maar goed, eigenlijk is het dus gewoon funeral doom met vooral tekstueel een watertintje. Alleen niet zomaar een watertintje, maar een volledig conceptalbum over Herman Melville’s klassieke boek Moby Dick.

Dat levert een erg sfeervol album op. Doch wel funeral doom, dus log, traag en enorm zwaar, maar wel met wat lichtere rustpunten en kalme passages. Een beetje zoals de zee dus. Of misschien zoals de witte walvis uit het boek. Ongrijpbaar, mysterieus en gevaarlijk.

Nu ben ik zo’n nerd die dan Moby Dick gaat lezen terwijl hij naar dit album luistert. (En naar Leviathan van Mastodon natuurlijk, want elk goed boek is minstens twee conceptalbums waard.) Wat vooral interessant is wanneer je dat doet, is de manier waarop de verschillende albums selectief omgaan met hun bronmateriaal. Er wordt natuurlijk bij beiden uitgegaan van het basisverhaal waarin kapitein Ahab wraak wil nemen op de walvis Moby Dick, die hem zijn been ontnomen heeft. Met zijn jacht jaagt Ahab zijn bemanning de verdoemenis in. Een korte synopsis als deze gaat echter voorbij aan het feit dat Moby Dick ook een heel filosofisch boek is, vol met mijmeringen over de wereld, het leven en de rol van de walvis binnen de geschiedenis en geloof. Als je een verhaal gevuld met actie verwacht kom je bedrogen uit. Mocht je alles willen weten over hoe walvisjacht in die tijd precies ging, leest het boek bij tijden bijna als een handleiding. Melville had zelf dan ook ervaring op een walvisvaarder, dus dat verklaart deze insteek, hoewel ik betwijfel of elke walvisvaarder zulke uitgebreide mijmeringen over de culturele implicaties van zijn vak had. Als zodanig kent het boek in zijn 469 pagina’s een schat aan materiaal om uit te putten voor een conceptalbum. Ik vond het zelf dan ook bijzonder interessant om The Call Of The Wretched Sea en Leviathan met elkaar te vergelijken. Welk materiaal de bands besloten te gebruiken of juist weg te laten geeft een interessant inzicht in de creatieve processen van de bands en hun eigen verhouding met het boek.

Ahab heeft er voor gekozen een album te maken over obsessie. De obsessie van kapitein Ahab om de walvis te vinden die zijn been genomen heeft. Als je de band vernoemt naar dit personage kan dat natuurlijk ook bijna niet anders. Ahab besluit dan ook niet om het verhaal opnieuw te vertellen, maar neemt een meer fragmentarische aanpak. Ahab noemt het verhaal zelf in de Prologue in het boekje een “well worn tale of bad omens and obsession”. De band lijkt er dan ook van uit te gaan dat de luisteraar het verhaal kent. De Prologue geeft wel een korte impressie van het boek, maar zoals Melville mijmert over de walvis en de wereld, zo mijmert Ahab over bepaalde passages van het boek. Voor vier nummers zijn directe citaten uit het boek als tekst gebruikt. Dergelijke trouw aan het boek toont een groot respect voor Herman Melville, maar juist daarom is de manier waarop de teksten gesitueerd zijn bijzonder. Zo wordt in het nummer The Sermon een preek die de vissers aanhoren voor zij uitvaren als tekst gebruikt. In het boek vindt dit al plaats op pagina 35, maar op het album is The Sermon het vijfde nummer, nadat we er al ruim een half uur muziek en gevoelsmatig een stevige boottocht op hebben zitten. Zo kan de tekst een andere betekenis aannemen. Herhalen de scheepslui deze tekst op zee of dient hij juist als onheilspellend teken aan de horizon? De referentie naar Jonas in de walvis is duidelijk, maar wordt gesuggereerd dat de bemanning nog gered kan worden of juist niet?

The ribs and terrors in the whale
Arched over me a dismal doom
While all God’s sun-lit waves rolled by
And lift me deepening down to doom

I saw the opening maw of hell
With endless pains and sorrows there
Elich none but they that feel can tell
Oh I was plunging to despair

In black distress
I called my God
When I could scarce believe him mine
He bowed his ears to my complaint
No more the whale did me confine

With speed he flew to my relief
As on a radiant dolphin borne
Awful, yet bright, as lightning shone
The face of my deliverer God

My song forever shall record
That terrible, that joyful hour
I give the glory to my God
His all the mercy and the power

In elk geval is duidelijk dat de band een duidelijke visie had bij het maken van het album, gericht op de obsessie van Ahab, waarbij de muziek en teksten dit idee overbrengen door middel van sfeervolle indrukken. Dit komt misschien wel het beste naar voren in het laatste nummer, Ahab’s Oath. Waar het boek eindigt met het zinken van het schip de Pequod, eindigt het album met de tekst uit het hoofdstuk waarin Ahab zijn bemanning laat zweren Moby Dick tot de dood op te zullen jagen. Een gebeurtenis die in het boek op pagina 138 plaatsvindt, maar het verloop van de rest van het verhaal bezegeld. Zo eindigt het album met de woorden “God hunt us all, if we do not hunt Moby Dick to his death!” Over het zinken van het schip wordt op het hele album met geen woord gerept, maar de implicatie dat de bemanning verdoemt is blijft even groot. Door met deze eed te eindigen wordt bovendien het idee gegeven dat ze eeuwig over de zee rond zullen zwerven als hun doel niet bereikt wordt. De obsessie van kapitein Ahab wordt opnieuw benadrukt, maar het geeft ook een extra dimensie aan het album als je het vaker draait. Het album begint niet opnieuw, de jacht duurt zo lang dat de tijd en handelingen zich lijken te herhalen.

Leuk en aardig dat het concept goed gelukt is, maar hoe is de muziek eigenlijk? Nou, die is ook prima. Funeral doom is een lastig genre om te beschrijven. Zo heb ik nu wel de teksten zitten analyseren, maar ze worden met zo’n diepe grunt over de muziek uitgestrooid dat ze min of meer onmogelijk te ontcijferen zijn, ook als je het boekje erbij houdt. Goed nieuws dus als dat hele Moby Dick gebeuren je gestolen kan worden, want ook zonder enige kennis hiervan is het een erg genietbaar album. Het ademt een duistere sfeer uit, waarbij de zee als referentiepunt gebruikt kan worden. Er is sprake van een soort eb en vloed in de nummers waarbij tragere passages afgewisseld worden met enkele golven van geluid, om daarna weer een kalmere koers te varen. De nummers zijn bijna allemaal meer dan tien minuten lang. Dit is één van de redenen waarom funeral doom zo’n lastig genre is om naar te luisteren. Het geheim is om de nummers interessant te houden ondanks dat ze traag en lang zijn. Ahab doet dit door gebruik te maken van voldoende afwisseling in de nummers en veel details toe te voegen in de achtergrond. De drums en gitaren op dit album klinken enorm en overweldigend, maar laten wel ruimte over voor toevoegingen van keyboards en hier en daar cleane zang. Het sleutelwoord blijft sfeer. Het is het geheel van alle lagen muziek die zorgen dat het album zo veel sfeer uitademt en juist dat is natuurlijk onmogelijk te beschrijven. Dat moet je zelf horen. En voelen.