Arch Enemy – Stigmata

Posted in A, Arch Enemy with tags , , , on 25 november 2011 by martijnvh

Arch Enemy – Stigmata (Century Media Records, 1998)

Stigmata. Waarom vernoem je een album naar een instrumentaal nummer van twee minuten? Waarom noem je een instrumentaal nummer van twee minuten Stigmata? Het is een lekker nummer, maar als ik er naar luister denk ik nou niet meteen aan stigmata. Ik mag altijd graag denken dat er een diepere betekenis zit achter dit soort titels maar dit lijkt me een typisch geval van een woord dat cool klinkt en bloedige/christelijke connotaties heeft. Stigmata van Arch Enemy moet het bovendien duidelijk afleggen tegen Stigmata van Abstrakt Algebra in een AZ/CD standoff.

Niet dat het album Stigmata geen pluspunten kent. Beast of Man is een verdomd lekkere opener. Eerst erg snel en agressief, tot het tijdens het refrein wat melodieuzer wordt, maar nergens trager. Lekkere crunchy productie ook. Hier en daar kraakt het zelfs een beetje, maar dat heeft zo zijn charme. Al die Zweedse melodische death metal bands gingen bij Fredrik Nordström langs voor hun productie, maar hij gaf elke band wel een eigen geluid mee. Die agressieve opener wordt gevolgd door Stigmata, wat prima werkt als kort intermezzo met lekkere gitaarleads, maar hierna zakt het album een beetje in. Het grootste probleem is dat er te veel herhaling is. De meeste nummers zouden een stuk beter zijn als ze na de gitaarsolo’s afgekapt werden, maar dan wordt meestal het eerste vers en het refrein nog eens herhaald.

Case in point: Dark of the Sun. Dit zou een heerlijk nummer van vier minuten kunnen zijn, maar jammer genoeg duurt het zeven minuten, waardoor het een groot deel van zijn kracht verliest. Maar dat is altijd nog beter dan Let The Killing Begin, want dat is gewoon op alle fronten een waardeloos nummer. Ik ben nooit iemand geweest die Johan Liiva’s vocalen volledig heeft afgeschreven, maar dat is vooral omdat ik zijn werk met Hearse zo leuk vind. Op Let The Killing Begin klinkt hij echter vooral tijdens het refrein compleet ongeïnteresseerd in het nummer dat hij zingt. Combineer dat met een drumpatroon waarvan ik wel snap dat het een goed idee leek, maar dat gewoon niet werkt en je hebt een waardeloos nummer. Natuurlijk gooien Michael en Christopher Amott er nog een aardige solo in op het eind, maar dat doen ze een heel album lang op elk nummer, dus dat telt niet als een pluspunt. Als ik een album lang gitaarsolo’s wil horen zet ik Yngwie Malmsteen wel op. Bovendien is de gitaarmelodie tijdens het refrein zo waardeloos dat hij al het goede gitaarwerk opheft.

Het voordeel van een duidelijk dieptepunt middenin een album is dat er hierna een duidelijke stijgende lijn waar te nemen is. Black Earth duurt nog steeds te lang, maar ze gaan voor iets episch en dat lukt aardig. Tears of the Dead is zelfs weer erg goed. Met synths zoals ik ze graag hoor in mijn death metal: subtiel sfeer toevoegend op de achtergrond en alleen op momenten dat het gepast is. Zelfs de tekst (daar gaat hij weer met zijn death metal teksten die niemand verstaat of iets kunnen schelen) is erg goed, over een soldaat die enkel orders opvolgde maar geplaagd wordt door herinneringen aan de gruweldaden van de oorlog. Als langste nummer op het album zou je verwachten dat ik afsluiter Bridge of Destiny ook niet trek, maar dat nummer heeft juist voldoende afwisseling om te blijven boeien. Het is bovendien een perfect voorbeeld van een nummer waar het solo-extravaganza wel iets toevoegt. Stigmata is vooral een frustrerend album, omdat de hoogtepunten ook echt hoogtepunten zijn, de dieptepunten echt dieptepunten zijn en zoveel nummers met wat kleine veranderingen zoveel beter kunnen zijn.

Annihilator – Double Live Annihilation

Posted in A, Annihilator with tags on 14 november 2011 by martijnvh

Annihilator – Double Live Annihilation (AFM Records, 2003)

Weer een live album. Weer een andere zanger. Joe Comeau deze keer. Maar Joe Comeau is goed. Hoe goed? Zelfs Set The World On Fire klinkt oké als hij het zingt. Het hele optreden lang nergens een geforceerde uithaal of een noot die hij niet haalt. Knap werk.

Trouwens, heel de band is anders. Op Jeff Waters na. Maar heel de band is goed. Het geluid is zelfs prima te noemen. Ik had geen problemen met het geluid op In Command, maar vergeleken met Double Live Annihilation klinkt In Command waardeloos. Lekker heavy, maar geen enkel instrument overstemt een ander. De rol van de bas en de drums is hierdoor goed hoorbaar. Vooral de drummer is uitstekend bezig. Goeie geluidsmix. Publiek is aanwezig maar nergens te hard of te zacht. Het is me alleen niet helemaal duidelijk of het om een volledig concert gaat of om losse live nummers van een volledige tour. Het klinkt als een volledig concert, maar in het boekje staat alleen Recorded on the Fury in Europe Tour 2002. Ik ga dus maar uit van de tweede optie.

Een dubbelalbum dus. Heel hun carrière tot 2002 komt aan bod. De eerste cd concentreert zich op de nieuwere nummers, de tweede heeft ook materiaal van Alice in Hell en Never, Neverland. De tweede cd is dan toch net iets gaver, hoewel daar juist het nieuwe materiaal ook erg goed klinkt. Refresh the Demon rost bijvoorbeeld erg lekker na I Am In Command. De kreet “I Am In Command” heeft ook nog niet zo overtuigend geklonken als uit Joe Comeau’s keel. Met vijf nummers komt het album Waking the Fury er het beste van af, maar daar werd dan ook voor getourd. King of the Kill en Never, Neverland krijgen ook elk drie nummers, dus ik zal niet klagen over voortrekkerij. De wijze waarop de nummers elkaar afwisselen geeft bovendien de indruk dat er goed over de setlist is nagedacht. Veel afwisseling tussen verschillende tempo’s waardoor het album lekker voortvloeit zonder eentonig te worden. De prima productie laat bovendien Jeff Waters’ gitaarspel uitstekend horen, waardoor een nummer als Lunatic Asylum, wat vooral een showcase van gitaarskills is, een stuk leuker is dan het zou mogen zijn. Zelfs afsluiter Shallow Grave is goed geplaatst. Een lekker rockend nummer, waar het plezier in Joe Comeau’s stem te horen is. Als crowdpleaser heeft het dezelfde functie die de AC/DC cover op In Command had, maar Shallow Grave klinkt een stuk beter op zijn plaats dan dat nummer deed. Leuk live album.

Annihilator – Set The World On Fire

Posted in A, Annihilator with tags on 11 november 2011 by martijnvh

Annihilator – Set The World On Fire (Roadrunner Records, 1993)

Mijn god, wat is Aaron Randall een waardeloze zanger. Dat zorgt ervoor dat alleen de stukjes waarop hij zijn mond houdt aan te horen zijn. Dan blijkt Jeff Waters toch een paar aardige thrash nummers geschreven te hebben, zoals No Zone. Maar ook Waters zelf is hier flink de weg kwijt. Eerst duiken rare funky stukjes op in Snake in the Grass. Dan een lame ballad als Phoenix Rising. Sounds Good To Me kan niet eens hard rock genoemd worden. Als The Edge dan ook nog eens denkt dat het met clichéteksten als “Cause there’s something in me you can’t learn in school. They teach it on the street, it’s the only rule.” kan wegkomen, sta ik op het punt heel het album af te schrijven. Dan gloort er nog een sprankje hoop met het bizarre Brain Dance, wat in elk geval vermakelijk raar is. Maar dan duikt de tekst “And this song is very silly and it makes no sense at all cause it’s weird” op, waardoor zelfs het vage nummer een nare gecalculeerde nasmaak krijgt. Lekker links laten liggen.

Annihilator – In Command (Live 1989-1990)

Posted in A, Annihilator with tags , , on 7 november 2011 by martijnvh

Annihilator – In Command (Live 1989-1990) (Roadrunner Records, 1996)

Hee kijk, tieten! Euhh, twee live shows van Annihilator met twee verschillende zangers. Verder is de line-up hetzelfde, wat bijzonder is voor Annihilator. Er wordt alleen materiaal gespeeld van hun eerste twee albums, wat betekent dat het vol staat met prettige thrash metal. Alison Hell blijft een goed nummer. Mocht je dat ook vinden heb je geluk, want het staat hier wel twee keer op.

Twee shows dus. De eerste uit 1989, met Randy Savage op zang. Alleen het debuutalbum Alice In Hell was toen uit en alle vijf de gespeelde nummers zijn daarvan afkomstig. Randy Savage klinkt nogal ruw, maar als een passende thrash metal zanger. Deze show is gemixt door Scott Burns en hij levert aardig werk. Een wat rauw geluid, maar alle instrumenten zijn hoorbaar, zelfs de bas. Het publiek staat nogal op de achtergond, maar who cares? Annihilator draait vooral om het gitaarwerk van Jeff Waters en dat is prima te horen. Vooral Wicked Mystic en Ligeia komen goed uit de verf.

De tweede show uit 1990 heeft Coburn Pharr op zang en bestaat vooral uit materiaal van het tweede album, Never, Neverland. W.T.Y.D. en Alison Hell zijn overgebleven van het eerste album en staan dus twee keer op de cd. Leuk als je de twee zangers met elkaar wilt vergelijken. Wat ik nu dus ga doen. Coburn Pharr heeft meer bereik dan Randy Savage. De hoge uithalen gaan hem een stuk beter af. Dat past ook goed bij het geluid van de show, wat iets cleaner is dan de vorige. De drums en bas zijn minder aanwezig, maar het materiaal van Never, Neverland wisselt meer tussen rustige stukken en snel werk, waar deze geluidsmix van Jeff Waters zelf goed bij past. In de tweede set is het publiek ook een stuk beter hoorbaar, wat bijdraagt aan de livesfeer. Leuk bijvoorbeeld om te horen hoe het publiek reageert als Annihilator afsluit met AC/DC’s Live Wire. Persoonlijk vind ik het nogal simplistisch en langdradig na het materiaal van Annihilator, maar het publiek lijkt het leuk te vinden.

Mijn versie maakt deel uit van Roadrunners Two from the Vault serie, wat betekent dat ie samen met Set The World On Fire in een doosje zit. Het betekent ook dat je geen normaal boekje krijgt, maar alleen de cover, wat recording informatie en een verhaaltje over de band. In dit geval een verhaaltje waarin Annihilator veel harder de hemel in geprezen wordt dan ze verdienen. Bovendien spreekt de schrijver zichzelf tegen. Hij beweert in de inleiding nog dat Annihilator één van die zeldzame bands is die unaniem door fans en door de pers wordt geprezen. Vervolgens wijst hij erop dat de fans  Set The World On Fire als een sellout album beschouwen. (Wat het ook is.) We hebben de cd toch al gekocht? Er is geen reden om de band in het boekje nog aan ons te verkopen. Maar goed, In Command was ook een cash-in van Roadrunner toen ze de band al niet meer onder contract hadden, dus het is wel passend. Gelukkig heb ik deze cd zelf ook uit de uitverkoopbakken gevist.

Angel City Outcasts – Deadrose Junction

Posted in A, Angel City Outcasts with tags , on 4 november 2011 by martijnvh

Angel City Outcasts – Deadrose Junction (I Used To Fuck People Like You In Prison Records, 2006)

Heerlijk zomers plaatje. De energie spat er vanaf. De spelvreugde is in elk nummer hoorbaar. Als er in het openingsnummer “I was made for this!” geroepen wordt is elk woord gemeend. Die energie is aanstekelijk en houdt het hele album aan. De songstructuur is rock & roll, de energie is punk en alles is overgoten met een western sausje. De muziek wordt gedreven door gitaren die telkens weer een nieuw riffje vinden. Gooi daar een rusteloze bas doorheen die zijn eigen loopjes over de muziek strooit en stilzitten lukt niet. De refreinen lenen zich ook uitermate goed tot hard meeroepen.

Af en toe wordt er wel eens een poging gedaan tot introspectie, zoals op Sunset Sultan of Bleeding Heart Saloon, maar meer dan een tijdelijk rustpunt is het nooit. Of er nu een piano waar Jerry Lee Lewis trots op zou zijn wordt toegevoegd, zoals op Outcast Rock N Roll, of zelfs een doo wop koortje op afsluiter No One Alone, het voegt zich allemaal prima tot Angel City Outcasts muziek en de trein davert voort. Enige nadeel is dat de plaat met 56 minuten nogal lang is. Dan wordt die energie soms wat vermoeiend en gaat alles op elkaar lijken. Dat duurt meestal niet lang, omdat het volgende nummer je weer pakt en meesleept. Kort samengevat: Feest.

Beste naam ooit voor een platenlabel trouwens.